Het magazine dat kinderen benadert met een open geest

Interview Guy Stevens: HELP, te veel kinderen vallen uit op school

Guy Stevens was leerkracht lichamelijke opvoeding in de lagere school en nu sinds enkele jaren op pensioen. Door zijn groot rechtvaardigheidsgevoel naar kinderen toe, voelde hij steeds aan dat het niet klopte dat er zoveel kinderen problemen hadden om het gewone systeem te volgen. Tijdens de laatste 20 jaar merkte hij dat heel veel kinderen op vlak van ontwikkeling vertraging opliepen en leer- en gedragsproblemen creëerden. En dit is vaak verbonden met hun neurologische en fysische ontwikkeling.

Door de vrije tijd die hij nu kreeg verdiepte hij zich samen met enkele wetenschappers om te kijken wat misliep. Kon het zijn dat kinderen vaak te weinig kans kregen om voldoende te bewegen? Dat bleek inderdaad het geval. Kinderen in de kleuterklas en in het eerste en tweede leerjaar krijgen te weinig kans om te klauteren, te springen, te dansen, te exploreren. En dit heeft een grote invloed op de ontwikkeling van hun brein. Lees hier het interview met Guy Stevens.

Waarom zo gefascineerd om hierin een bijdrage te brengen? Een roeping na je pensioen?

Ik vond dat kinderen niet rechtvaardig in ons onderwijssysteem benaderd worden. Dit fundament heeft me heel hard gegrepen. Ik merkte dit in mijn dagdagelijkse praktijk als leerkracht. Kinderen werden tot hun 18 jaar gehypothekeerd door het onderwijssysteem dat geen rekening houdt met de eigen specifieke ontwikkeling van het kind. Het frustreerde mij dat scholen geen kinderen opvolgen via hun eigen tempo, maar leerstof willen versnellen voor cognitieve doelen te bereiken. Het was een persoonlijke mening die niet wetenschappelijk onderbouwd was. Je kan niet als leerkracht een mening neerschrijven zonder wetenschappelijke onderbouwing.

Deze frustratie bracht jou bij het schrijven van je boek:Help, teveel kinderen vallen uit op school.” Een citaat uit je boek:

“Als een kind niet kan leren door de manier waarop wij lesgeven, zouden we misschien les moeten geven op een manier waarop het kind leert“  van Ignacio Estrada 2014

Kan je daar iets meer over vertellen?

Elk kind ontwikkelt in zijn eigen ontwikkelingssnelheid. Kinderen worden schoolrijp tussen 5 en 8 jaar.  Het onderwijs zegt dat een kind op 6 jaar allerlei dingen moet kunnen. Maar dit is niet evident. Kinderen ontwikkelen via een bepaalde breinfase en hebben elk een ander tempo daarin.  Bijvoorbeeld: een jongen van 6, geef je deze een reken- en schrijfopdracht, kan het zijn dat hij hier neurologische en fysiologisch nog niet aan toe is. Door zo een kind te dwingen, ga je zelf als leerkracht leer- en gedragsproblemen initiëren. Dit is ook wetenschappelijk aangetoond.

Mag ik hier uit opmaken dat we kinderen hierdoor in een stress situatie brengen door dat zij iets moeten doen, waar zij niet toe in staat zijn. Wie is hierin de vragende partij, is dit het onderwijs, de leerkracht zelf of zijn dit eerder de ouders die dit verlangen?

Deze vraag hangt af van of je als opvoeder hiervan bewust bent of niet. Het bewustzijn hiervan mag meer geduid worden.  Je hebt de cognitieve psychologen die jammer genoeg geen brood gegeten hebben van de zintuiglijke integratie, het concentratie vermogen, de lateralisatie in beide richtingen kunnen laten werken en de juiste opbouw van de executieve functies. Zolang men daar geen notie van heeft en hoe die fysiologisch en neurologisch werkt in het brein, zintuigen en heel het lichaam, dan ben je niet bewust.

De prestatiedruk van de maatschappij op kinderen heeft een grote impact op de visie die ouders hebben en dat zorgt soms voor een groot gevecht tussen de ouders en het schoolsysteem.  Maar het is ook zo dat leerkrachten in het onderwijs dit een moeilijke materie vinden. Ze hebben eigenlijk een tekort aan tools om te weten te komen of het kind werkelijk schoolrijp is of niet. Vroeger werd de toetertest afgenomen in de derde kleuterklas. Echter is deze test een uitvinding van de cognitieve psychologen. En alleen op basis van intellectuele begaafdheid werd er gekeken of een kind klaar was voor de lagere school. Maar als je weet dat het leervermogen maar voor 45 % door het IQ wordt uitgemaakt en 55% door de ervaringskansen die het kind in zijn omgeving krijgt. Dan weet je dat die toetertest zinloos was.

In mijn boek geef ik een aantal schoolrijpheid indicaties, zowel vanuit het buikgevoel van de kleuterjuf, als vanuit een neuro-motorisch aspect, als vanuit het psychologisch aspect van Ewald Vervaet (psycholoog)  om een goed zich te krijgen op de hele ontwikkeling. In welke breinfase zit het kind?  Bevindt het kind zich nog in de fase van denken, waarnemen, concentreren, richting beseffend op kleuterniveau of  is het kind klaar om als schoolkindniveau te denken, waar te nemen zich te concentreren enz.

Het is dus belangrijk dat scholen tools krijgen om te kijken naar: bijvoorbeeld: Ga ik mijn derde kleuterklas herstructureren voor kinderen die niet schoolrijp zijn te kunnen ‘door kleuteren’. Of  ga ik het eerste leerjaar omvormen tot een speelleerklas?

Zo kunnen kinderen die nog in de speelse, explorerende, bewegende fase zitten ook een aanbod krijgen van een tweede leerkracht. De kinderen die verder staan, kunnen dan zich meer richten tot het cognitieve. Het jaar daarop kunnen de kinderen die dan pas klaar zijn ook deze stap nemen.

Rudy mocht onmiddellijk van de tweede kleuterklas naar het eerste leerjaar omdat hij heel goed kon tekenen, hoe bekijk jij dit?

Dat is een heel gekke beslissing. Want hierbij wordt totaal niet gekeken naar het sociaal-emotionele, neurologisch en psychologisch  is dit een heel grote stap om in dat eerste leerjaar te kunnen functioneren. Volgens de ontwikkelingspsycholoog Ewald Vervaet, moet je een 14 tal niveaus bereikt hebben, wil je dat leer en schrijfproces aankunnen. Er zijn wel kinderen geweest die hun leer- en gedragsproblemen intellectueel hebben kunnen compenseren. Maar dat zijn de minsten. Het percentage dat waarneming, concentratie, lateralisatie, de executieve functies kan compenseren met zijn intellectueel IQ zijn uitzonderingen.

Dus het is een beetje zoals leren zwemmen en ze gooien je zo maar in het water, zonder voorbereiding?

Ja, want voor je kan zwemmen, heb je eerst watergewenning nodig. Je moet ook psychomotorisch lichaamsbesef hebben om uw lichaam te kunnen opspannen in het water. Als je dit niet kan opspannen, of je laten drijven dan kan je geen schoolslag leren. Dit voorbeeld kan je inderdaad doortrekken naar het leren op zich. Om te kunnen lezen heb je een samenwerking nodig tussen verschillende hersengebieden en deze collereert heel sterk met de ervaringskansen die je hebt gekregen door beweging, vrijspel en zintuigelijke ervaringen.

Onder druk van de cognitieve psychologen wordt met het leren lezen en schrijven reeds in de kleuterschool gestart. Maar voorbereidend lezen, schrijven en rekenen houdt heel wat anders in. Rijmen, zingen en voorlezen, dit is voorbereidend op het lezen. Om te rekenen hebben we dan als voorbereiding, klimmen en klauteren, puzzelen en bouwen.

Schrijven is dan weerom gewoon de  fijne motoriek ontwikkelen, met zand, zout, pareltjes spelen, de zintuigen prikkelen. Leerkrachten voelen zich soms gedwongen om bepaalde stappen over te slaan en versneld te gaan. En dit is heel hypocriet want doordat stappen worden overslaan, gaan ze net trager ontwikkelen. Zo ontwikkel je meer leer- en gedragsproblemen. Er is vaak een hiaat tussen de natuurlijk ontwikkeling en leren. Kinderen die veel te vroeg aan dat leerproces moeten starten, ontwikkelen veel trager, dan 30, 40 jaar terug. Dit zorgt voor een probleem in het huidige onderwijs. Dit is de voedingsbodem voor de leer- en gedragsproblemen, alsook de stoornissen.

Bijvoorbeeld: Wanneer een zesjarige jongen gedwongen wordt om constant stil te zitten,  kan deze symptomatisch ADHD gedrag ontwikkelen. Dit is een perfecte voedingsbodem hiervan. Omdat het kind gedwongen wordt iets te doen, waar het neurologisch en fysiologisch nog niet klaar voor is.

Net zoals dyscalculie, dyslexie, ADHD enz. Dit zorgt voor zoveel negatieve gevolgen zoals een label krijgen, medicatie nemen, naar de psycholoog enz.

Er worden geen verbanden gezien of erkend. En zo kan je de oorzaken niet vinden en blijf je maar in de cirkel van symptomen zitten om die te bestrijden. Maar dat is niet de oplossing, integendeel, alles wordt voor het kind alleen maar erger. Zelfs de bewegingstussendoortjes in de klas, zijn maar lapmiddelen. Geef kinderen de tijd om te spelen, te ravotten. Vooral voor de jongens is dit heel belangrijk. Want zij ontwikkelen gemiddeld iets trager dan de meisjes. Het kind zal het zelf aangeven wanneer het moment daar is om het leren rekenen, lezen en schrijven op te starten.

Spelen, bewegen en vertoeven in de natuur  is zo belangrijk en toch zien we zoveel  kinderen die voor schermen zitten, hoe kijk jij hiernaar?

Een kind dat niet beweegt, exploreert, vrij speelt, hierbij stagneert de ontwikkeling van het brein of gaat dit proces veel langzamer. Veel ouders denken dat kinderen pas echt beginnen leren vanaf zeven jaar. En alles wat daarvoor gebeurt niet belangrijk is.  Terwijl spelen, exploreren en bewegen als baby, peuter en kleuter net fundamenteel is, wil je een kind laten opgroeien tot zelfstandig leren en voor de ontwikkeling van het brein. 

We merken ook dat beeldschermen nog meer verslavend zijn voor kinderen, dan voor volwassenen. Gewoon doordat de executieve functie impuls controle meer ontwikkeld is als volwassene dan als kind. Dus kan een kind minder aan deze verleiding weerstaan. Het is belangrijk dat je als ouder met timing werkt en dat de lichte verslaving die er reeds is, geleidelijk af te bouwen. Plots de schermen verbieden bij het kind, werkt niet. Het is belangrijk dat je kinderen vanaf 6 – 7 jaar leert om op een goede manier hier mee om te gaan.  Spreek dus samen een moment af om een scherm te gebruiken.  Voorzie daarnaast ook tijd om te spelen, te exploreren, te bewegen. Maak dus samen een goede planning. Doe als ouder mee, speel, ontdek en beweeg samen. Ga naar het bos enz.  Het kind krijgt hierdoor dopamine in het brein.  Veel spelen is supergoed voor  kinderen anders krijgt het kind heel wat problemen zowel psychisch als emotioneel enz.

De eindtermen in het zesde leerjaar?

De eindtermen zouden makkelijker behaald worden wanneer kinderen zouden mogen ontwikkelen op hun eigen tempo. Kijk naar de Scandinavische landen. Daar starten de kinderen pas op 7 jaar met lezen, rekenen en schrijven. De jaren daarvoor hebben zij in de natuur mogen ravotten, bewegen. Zij exploreren in een hele rijke omgeving dan in vergelijking bij ons. Wij pleiten ervoor door deze schoolrijpheidindicaties om de tijd te geven aan het kind om zijn leervermogen goed te kunnen ontwikkelen. Zodat het in het tweede of derde leerjaar verder de tijd krijgt, tot het kind echt klaar is om zijn cognitieve doelen te ontwikkelen. Nu gaan we teveel forceren in het versnellen om te leren en dit werkt averechts.

Dus focus op het kind en niet op het systeem?

Focus op het kind en niet op de kalenderleeftijd, niet op de cognitieve doelen voor de   leeftijd van 7 – 8 jaar. Het is fenomenaal belangrijk om dit niet te forceren van 0 tot 7 – 8 jaar.

Je hebt een Werkgroep ontwikkelend leren opgericht WOL?

Opgericht in 2018, omdat ik alleen aan het roepen in de woestijn. Ik ben dus gaan zoeken naar gelijkgestemde mensen om dit uit te werken in de onderwijs praktijk en naar ouders. Door deze groep van leerkrachten, pedagogen, psychologen en neurologen  heb ik mijn visie verruimd, verrijkt en nog meer wetenschappelijk kunnen duiden. Deze mensen voelden ook aan dat het onderwijs dingen miste die belangrijk zijn.

Ontdek meer hierover in het boek: “ HELP? Veel kinderen vallen uit op school “

Te bestellen bij Guystevens4356@gmail.com of mail Guy voor een pedagogische studiedag bij jou op school.

www.ontwikkelendleren.be

Of kom luisteren naar Guy zijn lezing op dinsdagavond 9 november om 19.30 u te Stekene . Inschrijving: info@purechild.be zie flyer.

Facebook
Twitter
LinkedIn
Pinterest
Previous slide
Next slide

Reageren op dit artikel..